-->
Marius en Boudewijn (Jeronimo) op de
Plaza de Bolivar 10 jaar geleden (13 april 2007) en nú (3 februari 2018).
Voorwoord
Wij
(Lidie en Conrad) hebben twee zonen geadopteerd uit de "Casa de la Madre y
el Niño" in Bogotá: Marius in 1975 en Boudewijn in 1978. Beide keren
hebben we ongeveer $2000 besteed aan de advocaat, medische controles en
accomodatie. Daarnaast gaven we kinderkleding aan de Casa. De enige
onregelmatigheid die we tegenkwamen was met de secretaresse van de advocaat die
om extra geld verzocht, dat we weigerden te geven....
In
2007 reisden we met z' n vieren naar Bogotá, waar we samen de Casa bezochten,
waar we hun archieven konden inzien. Daar vond Boudewijn de volledige naam van
zijn biologische moeder Rosalbina Pico Pico Pizón. Een paar jaar later vond een
kantoor in Bogotá haar in de stad. Details over de ontmoetingen met Rosalbina,
over AncestryDNA-testen, over het vinden van Boudewijn's halfzusters en over
Boudewijn's uitwisseling in het ziekenhuis met de ware zoon van Rosalbina,
worden gegeven in de Epiloog.
In
het verhaal hieronder beschrijf ik ons recente bezoek aan Bogotá, waar we 2 weken
lang genoten hebben van de warme gastvrijheid van Rosalbina en haar dochter en
schoonzoon Diana en Hernando, in het huis van laatstgenoemde in La Fragua. Daar
ontmoet Boudewijn zijn halfzus Sandra. Marius en ik bezoeken Medellin en
Cartagena. Na de eerste week maken we een excursie naar de páramo in Chingaza
voordat Boudewijn moet vertrekken. In de tweede week maken Marius en ik nader kennis
met Bogotá en omgeving.
Als
gevolg van de mist op Schiphol was onze vlucht naar Parijs vertraagd. Al in het
vliegtuig kreeg Marius een SMS dat onze vlucht naar Bogotá was omgeboekt naar
de volgende dag. We kregen bij aankomst op Charles de Gaulle een gratis
hotel, vervoer, avondeten en ontbijt. Maar we besloten in Parijs te gaan eten.
Met een taxi reden we de Rue Saint Denis af naar het Gare du Nord. Daar dronken
we een pilsje met een oud collega-bacterioloog van het Institut Jacques Monod.
Hoe vaak heb ik niet bij hem gelogeerd in de Rue des Abbesses onder Montmartre?
Hij hielp ons met het kopen van kaartjes voor de RER-trein en metro en een uur
later stapten we uit bij Odeon.
Met
zijn iPhone vond Marius de bekende chocolaterie "Ladorée" in
Rue Bonaparte; ze verkopen er macarons zoals Jessica ze ook maakt.... Bijna 50
jaar eerder (~14 mei 1968) logeerde ik hier vlakbij in Hotel de Seine en liep
ik hier als student met mijn toenmalige "bijbel" op zak: "La
Nausée" van Sartre. Ik heb toen de passage over het hoofd gezien,
waarin Anny aan Roquentin uitlegt dat niemand de platina-meter wil zien: "J'ai
besoin que tu existes et que tu ne change pas. Tu es comme ce mètre de platine
qu'on conserve quelque part a Paris ou aux environs. Je ne pense pas que
personne ait jamais eu envie de le voir." "C'est ce que te
trompe", zegt Roquentin. En hij heeft gelijk: ik ben vast van plan om
deze meter te gaan zien, deze standaard die de toise van la Condamine
100 jaar later heeft vervangen (Blog). Wat ik toen wél zag maar niet begreep was
de opgebroken Boulevard Saint Michel. Pas veel later zag ik op een foto dat de
nobelprijswinnaar Jacques Monod daar de vorige dag op de barricaden had
gestaan.
Links: In de Rue Bonaparte fotografeert
Marius de macarons van Ladorée. Rechts: Rue de Seine met het hotel waar ik in
mei 1968 logeerde.
Bogotá - 27
januari 2018.
De
volgende dag vliegen we in een vol vluigtuig naar Colombia. Op het vliegveld
van El Dorado voel ik direct al de hoogte (2600 m) omdat ik adem tekort kom.
Toen we met onze koffers naar buiten liepen werden we opgewacht door een
vriendelijke wanorde van wachtende mensen. Maar plotseling stond daar Rosalbina,
die ons hartelijk verwelkomde en ons door de menigte leidde. Bij een cafetaria
dronken we onze eerste tinto, merk "OMA". Rosalbina herinnerde
zich dat dat "abuela" betekent in het hollands. Daar wachtten we
samen met Rosalbina, Hernando en MarieAnne op Boudewijn die uit Zürich zou
komen.
Na
zijn aankomst reden we in de nieuwe auto van Hernando naar hun huis in La Fragua,
een wijk in het zuiden van Bogotá.
Aankomst Boudewijn/Jeronimo op El Dorado.
Van links naar rechts: Rosalbina, MaryAnne, Jeronimo, Hernando en Marius.
Op de kaart van Bogotá (10 miljoen
inwoners) zijn aangegeven (van links naar rechts): (1) de Embajada de los
Paises Bajos, waar we in 1975 en 1978 logeerden. (2) de Casa de la Madre y el
Niño, (3) Hotel Suamox waar we in 2007 logeerden, (4) La Frague, waar Diana en
Hernando wonen, (5) Restrepo, de wijk waar Rosalbina woont en (6) de oude wijk
La Candelaria.
Als we in het ruime huis van Diana en
Hernando aankomen schenkt Rosalbina ons direct een heerlijke jugo de guanábana
(zuurzak).
Bogotá - 28 januari 2018.
Boudewijn
haalt zijn halfzusje Sandra (Viviana Torres Valencia) thuis op. Na de lunch met
ajiaco maken we een lange wandeling met haar en haar vader Alberto en
haar zoontje David naar de wijk Restrepo. Het is zondag, alle winkels zijn
open. We kopen schoenen voor de tocht naar het park Chingaza volgende week.
Wandeling
door de wijk Restrepo met Alberto, Sandra en David.
Bogotá - 29
januari 2018.
's
Ochtends bezoeken we het bedrijf voor kantoormeubelen Intercaster, dat ooit is overgenomen en voortgezet door
Rosalbina en waar Diana nu de manager van is. Bij het uitprinten van onze
boarding passes ontdekt Diana een foute datum voor de terugvlucht
Cartagena-Bogotá. Het kost haar wel 2 uur dat in orde te maken. Muchas gracias!
Nadat Hernando ons het hele bedrijf heeft laten zien gaan we op weg naar de
Botanische tuin (Jardin Botanico de Bogotá), waar we Jose en Martha Lopez weer zullen
zien. We ontmoetten hen en hun zoons in 2007. 's Avonds laat Boudewijn een film
maken van de ontmoeting met zijn halfzusje Sandra. Misschien voor de
facebook-site "Adopted from
Colombia".
Op de directiekamer helpt Diana ons de
verkeerd gedateerde reis van Cartagena naar Bogotá opnieuw te boeken. Prachtige
wolken op weg naar het noorden, naar de Jardin Botanico.
Links: Ons bezoek aan de familie Lopez in
2007. Rechts: Jose en Martha waren nog steeds even vrolijk en hartelijk!
Aan
tafel benadrukte ik dat we met ons bezoek vooral Rosalbina wilden eren, omdat
ze zo dapper was geweest om twee keer helemaal alleen naar Nederland en
Zwitserland te komen om haar zoon te bezoeken. Ook sprak ik mijn bewondering
erover uit dat ze, nadat duidelijk werd dat haar baby verwisseld was, contact
met Boudewijn had gehouden.
Later
op de avond kwam Carlos, een verre neef van Boudewijn volgens DNA matching.
Samen bespraken ze hoe de verwisseling verder onderzocht zou moeten worden en hoe Rosalbina's zoon gevonden zou kunnen worden.
Het
gesprek aan tafel wordt gefilmd.
Medellin - 30 en
31 januari 2018.
Vanaf
El Dorado vlogen Marius en ik met een klein vliegtuig naar Medellin. Tijdens de
afdaling van het vliegveld naar de lager gelegen stad (1500 m), deed het
landschap me denken aan de Carmel in Californië: slingerende wegen, dennebomen
(andere!), veel bloeiende bomen en struiken en grote varens. Maar ik geloof
niet dat de trompetboom (trumpet tree of guarumbo; Cecropia peltata) met
haar witte bladeren in de Carmel voorkomt. Deze bomen zagen we ook in de Andes
van Ecuador tijdens onze tocht met Eduardo Tapia. De witte "kleur" is een optische
illusie veroorzaakt door de beharing van de bladeren.
De
"witte" bladeren van de trompetboom.
Zo
gauw we onze hostel in de wijk Poblado gevonden hadden gingen we op pad met de
metro en de metrocable, waar Medellin beroemd om is geworden.
Met de metrocable van Medellin hoog boven
de sloppenwijk van Santo Domingo, op weg naar het Arvi Park.
Waar
Medellin ook beroemd mee is geworden is Pablo Escobar. Met behulp van Google
Maps vonden we dat het Museo Pablo Escobar met adres Carrera 38#18-70,
vlak bij ons hostel Serina moest liggen met adres Carrera 32#10. We
zouden er zó heen kunnen lopen. Maar het was een behoorlijke klim de heuvel op,
terwijl het snel warmer werd. Soms kon je een merel horen fluiten in deze
prachtige villawijk, die aan Palo Alto deed denken. Een vriendelijke Señor
probeerde ons te helpen en vroeg vele voorbijgangers of ze het museum kenden;
niemand had er ooit van gehoord. Tenslotte hield Marius een taxi aan met een
naar later bleek doortastende chauffeur. Met hulp van een politieagent bracht
hij ons tenslotte naar het gesloten hek van Hacienda Napoles. Camera's hielden
ons in de gaten. Ook een volgend hek ging open en tenslotte werden we hartelijk
ontvangen door een nicht van Pablo....
Een nicht van Pablo Escobar verkoopt ons de
toegangskaartjes. Links de doortastende taxichauffeur die bleef wachten.
Cartagena - 1-2
februari 2018.
Op
donderdag 1 februari vlogen we naar Cartagena waar we logeerden in hotel Don
Pedro de Heredia, midden in het centrum van de oude stad, gesticht in 1533. We
hebben er lange wandelingen gemaakt, kleine, informatieve musea bekeken, gezellig
gegeten in kleine restaurantjes en op vele terrasjes jugo of pils
gedronken.
Links: op een van de vele terrasjes: als je
een hoed op hebt wordt je niet meer lastig gevallen door sombrero-verkopers.
Rechts: Marius kijkt zijn ogen uit in de Portal de los Dulces (geen macarons!).
Op de Plaza de los Coches en, rechts, langs
de mangroves op weg naar Casa de Rafael Nuñez, buiten de vestingwallen.
Vanaf links: vissers in kleine zeilbootjes
komen door de branding aan land; Las Botes-monument ter ere van de dichter Luis
Carlos López; het onneembare fort Castillo San Felipe vlak buiten de oude stad.
Bogotá - 3
februari 2018
Vanaf
het vliegveld El Dorado in Bogotá, spraken we af met Boudewijn in de oude wijk La
Candelaria. We wandelden door de drukke straten, kochten cadeautjes, hadden een
lunch en keken onze ogen uit. Wat kunnen we Lidie voor haar verjaardag
geven....?
Met de twee zonen op een pleintje in La
Candelaria onder een oude guarumbo (trompetboom; Cecropia peltata) met haar
wit-schijnende bladeren en dan met een taxi terug naar La Fragua voor ~2€.
's
Avonds in het huis van Diana en Hernando ontmoetten we familieleden van
Rosalbina, waaronder haar zuster Mary Tulia Pico Pinzon, haar broer Jose Pinzon
en de vader van Hernando, Armando Cifuentes (84 jaaar); hij was schoenmaker in
Restrepo.
Vanaf links: Mary Tulia, Rosalbina,
Boudewijn, Yolanda, hijo?, Jose Pinzon, Hernando, Boudewijn, Armando.
Bogotá - 4
februari 2018
In
2 auto's vertrekken we al vroeg naar een dorpje boven Bogotá: La Calera,
vergezeld door duizende fietsers die de berg opzwoegen. Na een ontbijt in La
Calera rijden we door naar de ingang van Parque Nacional Natural Chingaza, bij
Piedras Gordas (3400 m). Op aanraden van een collega-botanicus bezoeken we de Lagunas de Buitrago. De wandeling omhoog kost me zeer veel moeite!
Kaart van het park. Overal zien we de
zonnebloemachtige "frailejones":
Espeletia's en op de achtergrond de lange Puya's.
's
Avonds brengen we samen met Sandra Boudewijn naar het vliegveld voor zijn
vlucht naar Madrid en Zürich. Daar, op El Dorado, onmoetten we Claudia, een
halfzuster van de moeder van Boudewijn en haar man Ubaldo Anaya. Zij zal ons later
de namen geven van alle familieleden van de moeder Maria Melba.
Op
het vliegveld El Dorado: Ubaldo, Claudia en Sandra.
Bogotá - 5 en 6
februari 2018
We
wandelen met Rosalbina door Restrepo, doen boodschappen, veel vruchten
waaronder Mangistans! Tenslotte bezoeken we Rosalbina's huis, waar ze ons
foto's van Charalá laat zien. De volgende dag bezoeken we het Museo Nacional.
Boodschappen
in Restrepo en Rosalbina's huis.
Bogotá - 7
februari 2018
Met
de Transmillenium-bus en een Flota-bus (privé-bedrijfje) rijden we "naar
beneden", naar San Francisco de Sales (~1500 m), waar het warm is en waar
we een "Jardin encantado" bezoeken: bloemen, meer dan 20
verschillende soorten kolibri's, vink- en lijsterachtige vogels, waaronder het
Suikerdiefje (Mielero común), een zanglijster (Sinsonte común),
een blauwe Tangara en een merel (Turdus serranus). En natuurlijk is er
ook steeds de Surinaamse "Grietjebie" (Pitangus sulphuratus), die
hier gehoord wordt als "bi-cho-fué". En ook hier zie ik maar weinig
Copetones (mussen)!
Voor
de laatste avond gaan we eten in een Crepes-restaurant in een dichtbijzijnde
grote 'mercado'.
Heel veel dank, Diana, Hernando en Rosalbina, voor jullie buitengewone gastvrijheid!
Heel veel dank, Diana, Hernando en Rosalbina, voor jullie buitengewone gastvrijheid!
Bezoek
aan San Francisco de Sales.
Laatste
avond!
-->
Epiloog
In
september 2009 trouwde Marius met Jessica. Terwijl hij geniet van het land en
de cultuur van Colombia, lijkt hij voorlopig niet geïnteresseerd in het vinden
van zijn biologische ouders.
Boudewijn
daarentegen begon te zoeken nadat zijn dochter Giulia Imbach op 7 maart 2009 in
Luzern werd geboren. Op 31 juli 2011 ontving Boudewijn een bericht van een
kantoor in Bogotá die zijn biologische moeder Rosalbina Pico Pinzón (geboren in
1957) had gevonden, samen met haar dochter Diana Velasquez Pico (geboren in
1977). Rosalbina besloot haar tweede kind af te staan vanwege traumatische
ervaringen met haar familie na de bevalling van Diana.
In
november 2011 bezocht Boudewijn Rosalbina, ter gelegenheid van zijn 33e
verjaardag in Bogotá. Hij nam een fotoalbum mee over zijn leven onder de titel
"Aqui esta su hijo... y le damos el
nombre de Boudewijn" ("Dit is Uw zoon..... en we noemden hem
Boudewijn."). In augustus 2012 maakte Rosalbina de lange reis om ons, de
adoptieouders, in Nederland te bezoeken en haar zoon in Luzern, Swtzerland te
zien. In juli 2014 kwam Rosalbina opnieuw naar Zwitserland om de bruiloft van
Boudewijn met Eva Oswald te vieren. In september 2014 werd hun zoon Nino Oswald
geboren. Al in januari 2015 reisde Boudewijn met Eva en Nino naar Bogotá om
zijn vader te ontmoeten. Twijfels over hun relatie werden bevestigd door
DNA-tests, die ook negatief bleken voor Rosalbina. De dramatische conclusie was
dat Boudewijn met een andere baby in het ziekenhuis was verwisseld. Rosalbina
ging met Boudewijn naar de "Casa de la Madre y el Niño" en liet haar
ware zoon achter bij de biologische moeder van Boudewijn.
In
augustus 2017 kreeg Boudewijn van AncestryDNA het bericht dat hij een directe
match had met een familielid. Dit was zijn halfzuster Dorianna, die in de VS
woonde en wist dat ze nog een halfzuster hadden, Sandra Viviana Torres
Valencia, die in Bogotá woonde. Een DNA test met Sandra kwam positief uit.
Dorianna wist ook dat hun biologische moeder, Maria Melba Valencia Valencia
Duque, in 2002 was overleden. Verder bleek dat ze meer halfzusjes hadden,
misschien van verschillende vaders, die allemaal geadopteerd waren en in de VS woonden
(behalve Sandra).
De
vraag wat er is gebeurd met de baby die Maria Melba met haar meenam uit het
ziekenhuis, de ware zoon van Rosalbina, moet nog beantwoord worden.